Op de opening sprak Jan Knigge de volgende overdenking

jan knigge
Videostill: Diana de Vries
Dames en heren,

Ik zat vanmorgen in de trein en tegenover mij zat een slanke jongeman. Hij had goudblond haar en de krulletjes waren wat vettig, zodat ze meer leken te glanzen.
Hij had helder blauwe ogen en hij leek als omgeven door stralend licht. Eén stralende blijdschap.
En omdat er naar mijn gevoel geheel geen reden tot blijdschap was, vroeg ik hem wat er aan de hand was. Hij vertelde dat hij dominee was en juist een overdenking voorbereid had over het Hooglied. Hengelo, daar zou hij staan vandaag.

Het Hooglied, zeg ik, wat is er zo bijzonder aan het Hooglied?
Het Hooglied, zegt hij, is eigenlijk een grap. Een geintje. Het is het meest lichamelijke boek van de bijbel, maar wordt het meest geestelijk gebruikt. Het is zinnelijke poëzie, het zijn bruiloftsliederen. Het gaat over het verlangen van bruid en bruidegom.
Maar er is ook een symbolische lezing, waarin mystiek de overhand krijgt. Het gaat dan over God en zijn volk.
En dat is dan het aardige. De rabijnen en later ook de kerkvaders die het overnamen. Toch een echt macho-gezelschap. Zij stellen God voor als de bruidegom en de gelovigen, die zij als eerste vertegenwoordigen, als vrouwen...

De dominee had zichtbaar lol. En ik vroeg me af of het leedvermaak was dan wel zelfspot.
En waarom, vraag ik, nemen goddelozen als ze dan in de bijbel gaan lezen toch altijd dat Hooglied?
Dat komt, zegt hij, omdat we in een lichamelijke cultuur leven, die nogal platvloers is. Maar er is een heimwee naar het ideaal, de eenwording. Het lichamelijke maar dan met het geestelijke als zingeving.

We reden Almelo binnen. Een onstuimig verlangen beving mij om zelf deze boodschap te mogen brengen. Lichamelijke beleving met een geestelijke legitimatie!
Dus zeg ik tegen hem: Hengelo toch? Dan moet u snel zijn. Hier uitstappen!

Schuldig voelde ik me niet. Ook in Almelo is het voor een dominee goed dolen.
Sterk als de dood is de liefde.
Geloof, hoop en liefde.
Zo zijn we bij elkaar gekomen.
De expositie van Ricardo.
In de hoop iets moois te beleven.
Het is van Ricardo dus we geloven het wel.

Dames en heren. We kennen allemaal wel die ervaring. Degene die je partner is. Overvallen door een gevoel. Ben ik daar nu mee?! In godsnaam. Dat weet ik niet hoor. Nu even niet.
Was het niet Lou Reed die zich verlustigde met het idee
When you’re looking through the eyes of hate - what do you see?
Maar op het volgende moment zinderen we weer van liefde, en dragen diezelfde partner die wederom onze geliefde is, op handen. Duiveogen, druivetrossen, mango’s. Liefde is een mentale aangelegenheid. Interpretatie.
Wij kunnen ons geloof stellen in de liefde. Laat ons zo het werk van Ricardo zien. Met liefde.

^ naar boven